Celien Blog
Geboren:
Amsterdam,
Vermoord:
Sobibor,
Bereikte de leeftijd van
15 jaar
Vrolikstraat 357 III, Amsterdam
Op 21 juli 1939 werd in een kleine annonce in Het Volk bekendgemaakt dat ‘ons lief Nichtje’ Celien Blog de volgende dag 12 jaar zou worden. Celien was het enige kind van lompenbewerker en kledingperser Samuel Blog (1896) en confectiewerkster Rachel Blog-Luza (1894). Dat Eva en Nollie Brandon hun nichtje Celien niet feliciteerden met haar bat mitswa, maar met haar verjaardag, kan erop duiden dat de families Blog en Brandon soepel omgingen met de Joodse traditie. Dat laatste zou je ook hieruit kunnen opmaken dat haar ouders nog uit traditioneel grote gezinnen kwamen, maar dat de meeste van de twaalf gezinnen van haar ooms en tantes, net als dat van haar ouders, éénkindsgezinnen waren.
Of Celien, net als haar twee jaar jongere nichtje Eva Brandon, in 1943 (het jaar waarin vrijwel alle familieleden zijn gedeporteerd en vermoord) op de Joodsche HBS aan de Mauritskade zat, weet ik niet. Ik weet over haar alleen waar zij met haar ouders woonde: Vrolikstraat 357. Eerst (tot 26 juni 1941) op driehoog, later (vanaf 23 december 1941) op tweehoog. In de tussenliggende maanden woonde het gezin noodgedwongen tijdelijk op het adres Graaf Florisstraat 21. In de nacht van 26 juni 1941 waren namelijk bij een felle brand het trappenhuis en de woning op eenhoog geheel uitgebrand. Bij de twee verdiepingen daarboven bleef de schade beperkt tot kapotte ramen. De slagerij beneden had alleen waterschade. Samuel, Rachel en Celien Blog konden, net als hun directe benedenburen, vluchten via de brandgang op de zolderetage, die over het hele blok heen liep. De brand en de vlucht moeten op de bijna veertienjarige Celien een diepe indruk hebben gemaakt. Toch zijn zij en haar ouders, anders dan de andere geëvacueerde bewoners, na het herstel van de schade naar dit adres teruggekeerd.
Daarna hebben ze er maar iets langer dan een jaar gewoond. Vader Samuel zelfs nog korter; die verbleef op het moment van deportatie namelijk al sinds enige tijd in de joodse psychiatrische inrichting Het Apeldoornsche Bosch. Misschien was hij patiënt, al valt niet uit te sluiten dat hij zich daar in 1942 had aangemeld, toen er acuut personeelstekort dreigde, omdat al het niet-Joodse personeel moest worden ontslagen. Samen met alle andere bewoners van deze inrichting is hij op 25 januari 1943 in Auschwitz vermoord. Celien en Rachel zijn op 2 april 1943 in Sobibor vermoord. Celien was toen 15 jaar. Ook het neefje en nichtje die haar een paar jaar eerder nog publiekelijk hadden gelukgewenst, hebben de oorlog niet overleefd.