Jacob Papegaai

Bordje: Annemiek van der Graaff, verhaal: Gerda van't Hoff

Jacob Papegaai was de oudste zoon van Louis en Sarah. Dat was een groot, arm gezin in Vlooienburg. Jacob, zijn vader en broers hadden diverse eenvoudige beroepen. Waar maar brood te verdienen was. Jacob trouwde met Feiga en verhuisde naar de Leeuwenhoekstraat in de Swammerdambuurt aan de Amstel. Destijds een nieuw buurt met moderne woningen en een kans om je sociaal te verbeteren.

Zijn vrouw Feiga (38) was een vluchtelinge uit Szczersec, destijds Pools, nu Oekraïens. In Szczersec woonde voor de Tweede Wereldoorlog een Joodse meerderheid (90%). Na de inval van de nazi’s vonden er bloedbaden plaats en werd de joodse bevolking afgevoerd naar de vernietigingskampen Belsec en Auschwitz. Slechts een enkeling kon vluchten, op Joods Monument zijn drie namen te vinden van mensen die in Nederland terecht kwamen. Maar Feiga en dochtertje Roza (2 jaar) werden op 29 juli 1942 alsnog in Auschwitz vermoord.

De zwager van Jacob werd al bij de eerste razzia in Amsterdam opgepakt en afgevoerd naar Auschwitz. Zusje Mietje bleef hoogzwanger achter en hertrouwde. Het hele gezin werd een jaar later op 2 juli 1943 vermoord in Sobibor.

Antisemitisme, vervolging, vernietiging zijn niet aan Jacob en zijn gezin voorbij gegaan. Vrijwel de hele familie Papegaai, verwanten en schoonfamilies, is vermoord. Alleen zijn zusje Jansje Winther-Papegaai (6 maart 1917) heeft de oorlog overleefd.

Bronnen: Joods Monument; Stadsarchief Amsterdam; Wikipedia; Witualny Sztetl.